Teelt
Een van de belangrijkste werkzaamheden waar veel vakmanschap voor nodig is, is het snoeien.
Een goede oogst is in sterke mate afhankelijk van de kwaliteit van het snoeiwerk.
Peren groeien in principe alleen op meerjarig hout en op het einde van eenjarige afgesloten scheuten d.w.z. op een scheut met eindknop.
In principe blijft een boom vitaal als regelmatig oude takken vervangen worden door nieuwe die men al enkele jaren daarvoor als toekomstig vervangingshout heeft laten staan.
Dit noemt men de onderhoudssnoei.
Verder is er ook nog de z.g. belichtingssnoei. Hierbij wordt op een zodanige manier hout uit de bomen verwijderd dat de lichtinval in de boom optimaal is. Deze lichtinval is nodig voor de vorming van bloemknoppen. Op donkere plekken vormen zich veel te weinig maar tevens zwakke knoppen. Dit effect is bij peren veel groter dan bij appels.
De kunst van het snoeien is deze drie soms tegenstrijdige snoeidoelstellingen (bloemknoppen niet te veel wegknippen, oud hout vervangen en boom in vorm houden, zorgen voor voldoende lichtinval) uitgebalanceerd tot hun recht te laten komen.